Friedrich Nietzsche schreef: “Een mens moet leren liefhebben”.
Nietzsche maakt een vergelijking met muziek; bij muziekstukken waarvan je écht houdt, is het vaak een kwestie geweest van léren waarderen. Het kost ook duizenden uren oefenen om zelf een instrument in de vingers te krijgen. Alles wat het leven de moeite waard maakt vergt inspanning. Vrijwel niets komt vanzelf. Nietzsche ’s parallel tussen liefde en muziek geldt in veel opzichten. Deuntjes die makkelijk in het gehoor liggen, gaan snel vervelen. Het kan heel wat lijken; een fotomodel dat bij je op de bank komt zitten. Maar op uiterlijke schoonheid kun je snel uitgekeken raken. Complexe muziek moet je vaker horen, en nogmaals, en nog een keer - en telkens ontdek je nieuwe lagen. Leren luisteren. Leren liefhebben. Daar gaat het om.
Je hoort wel eens iemand zeggen over daten: “Het moet wel meteen klikken. Er moet een vonk overslaan – anders begin ik niet aan een tweede afspraak.” Ik denk dat je jezelf en de ander daarmee tekortdoet. Wat geliefden weleens willen vergeten is dat je zélf de helft van een relatie vormt! Je hebt dus voor minimaal de helft in de hand of een relatie goed blijft. Zelfkennis en de ander écht leren kennen, gaan hier hand in hand. Dit principe van wederkerige liefde kun je zo breed toepassen als je wilt. Liefde voor een mens, voor je medemensen, liefde voor de natuur, voor de aarde. Duurzame liefde is een permanente leerschool. Daarbij horen conflicten, confrontaties, misverstanden. En pijn, ja, pijn ook. “Ik heb geleerd dat ieder mens ten diepste verlangt naar een veilige hechting.” Deze zin, van de Britse psychiater John Bowlby, wordt vaak gebruikt als het om de relatie tussen ouder en kind gaat. Maar het geldt voor iedere liefdesrelatie, tussen wie en wat dan ook.
Bron: Columnist FD Jan Drost.